Video en FAQ’s Concorde

Ik krijg vaak vragen over de Concorde methode van aanleggen.

Inmiddels zijn er 3 korte video die je kunt bekijken:
Een overzichtsvideo: hier
Een korte samenvatting van aanleggen met een jonge baby

En een samenvatting van aanleggen met een ouder kindje (> 6 weken):

En dit zijn de meest gestelde vragen met antwoorden.
Maakt deze houding behandelen van tong- en/of lipriem overbodig?
Nee. Een echt korte tongriem moet behandeld. En ook een niet-al-te korte tongriem waarbij de tongbeweging echt te sterk geremd wordt moet behandeld.

Wel is het zo dat voeden in deze houding vaak al een stuk prettiger en effectiever is voordat de behandeling uitgevoerd kan worden. En dat geldt ook voor voeden na de behandeling.

Het nut van behandelen van een lipriem is minder duidelijk. In deze houding zie je over het algemeen een mooi vacuüm ontstaan en rek op de bovenlip.

Werkt deze houding bij alle borstvoedingsproblemen?
Nee helaas natuurlijk niet. Was het maar zo simpel. Dit is een aanvulling op alle manieren om een baby aan de borst te voeden. Alle bekende voedingshoudingen kunnen het mogelijk maken je kind met plezier te voeden.
Bij welke borstvoedingsproblemen werkt de concorde-houding?

Bij een te korte tongriem zowel voor als na knippen.

  • Ook als het niet duidelijk is of de tongriem nu echt te kort is (faux-tie) kan deze manier van aanleggen snel duidelijkheid geven. Als geen sprake is van een echt te strakke tongriem dan zie je de baby soms binnen een aantal voedingen ontspannen en hun tong uit gaan steken.

 

De houding lijkt ook goed te werken als een echt grote hap nodig is:

  • Bij kleine baby / kleine mond
  • en/of (relatief) grote tepel.

Bij reflux, omdat de baby rechtop zit met steun bij het middenrif en het hoofdje.

Bij voorkeurshouding en trauma in hoofd/halsgebied, omdat er geen druk wordt uitgeoefend op nek en hoofd, en omdat de baby zelf kan beslissen onder welke hoek ze haar hoofdje houdt tijdens het drinken.

Bij iets oudere baby’s die door heel veel melk in de eerste weken nauwelijks goed hebben hoeven leren aanhappen werkt het ook vaak goed. Als de baby van een moeder met heel veel melk een gewicht van rond de 5 kilo bereikt of 3 maanden oud wordt, dan zie je vaak problemen met voeden ontstaan. De melkproductie normaliseert dus er is minder melk ‘over’, maar de baby heeft nooit hoeven leren drinken met techniek. Sterker nog, soms had de baby zelfs baat bij slordig drinken omdat dan de melkstroom iets minder was. Maar als de overdaad dan wat afneemt is het belangrijk dat moeder en kind elkaar bijsturen.
Door de borst in de concorde houding zo specifiek aan te bieden met steun bij de onderkaak zie je veel baby’s dan herontdekken waarom ze wijd moeten aanhappen.

Passief drinkende baby’s kunnen met deze manier van ondersteuning vaak doorkrijgen hoe ze actief kunnen drinken (zie ‘Waarom denk je dat de baby beter leert drinken door deze manier van aanleggen’).

En bij kleine en/of zwakke baby’s lijkt de steun onder de borst te leiden tot effectiever drinken, of in elk geval tot drinken zonder vermoeidheid. Mogelijk speelt de vrije luchtweg door de open lichaamshouding daarbij ook een rol.

Klopt het dat je je vinger(s) op de borst heel dicht bij de mond van de baby houdt?

Ja dat klopt, zeker als het gaat om aanleggen met een korte tongriem of vlak na het knippen van een tongriem. Door de borst zo dicht bij de mond op te tillen komen onderkaak en tong onvermijdelijk verder onder de tepelhof. Dat levert een betere melkstroom op en daardoor kan de baby de ervaring krijgen dat meer grip meer melk oplevert. Daardoor zie je veel baby’s al snel zelf hun onderkaak beter gaan gebruiken.

Zodra de baby zelf meer gaat inzetten op grip houden is minder steun nodig.

Als het gaat om reflux of geboortetrauma dan is het minder belangrijk dat de borst zo precies gevormd wordt. Focus dan vooral op de lichaamshouding en de steun achter het middenrif van de baby.

Is er geen grote kans op verstopping/borstontsteking omdat de vinger de borst zo induwt?

Ja dat is inderdaad een risico. In de praktijk valt het mee omdat echt steunen vaak maar kort en/of niet de hele voeding nodig is (zie ‘moet je je borst de hele voeding blijven vasthouden’). Daarbij is de melkstroom als de Concorde relevant is vaak zo veel beter dan in de gebruikelijke houdingen dat de borst toch goed geleegd wordt.

Als echte steun langdurig nodig is, bijvoorbeeld in de periode voor en de eerste dagen na knippen van een echt korte tongriem, is preventie van verstopping nodig:

  • Tijdens het voeden met de vlakke hand onder de borst steunen.
  • Eén á 2 x per dag nakolven met extra warmte en zachte! massage rond de kwetsbare zone. 
  • Voor en na de voeding de borst zachtjes maar grondig bewegen:
    voorover leunen en schudden, zonder bh zachte yogaoefeningen zoals cat/cow, schouders draaien en openstrekken en liggend draaien (zie tekeningetjes).

Als na ongeveer een week extreme steun nog steeds de hele voeding nodig is voor effectief en pijnloos voeden dan is deze voedinghouding niet de juiste oplossing voor het probleem. Alsnog behandelen van de tongriem of aanvullende behandeling zijn dan aan te raden.

      

Waarom denk je dat de baby beter leert drinken door deze manier van aanleggen?

Om de borst goed te kunnen drinken is de kaakbeweging van de baby onmisbaar. Daarvoor heeft de baby vooral grip nodig met de onderkaak. Een baby die die grip niet heeft drinkt afhankelijk van de melkstroom van de moeder: zodra die minder wordt moet de baby of wachten, of loslaten om de druk op de tepel te verminderen zodat er weer doorstroom is. De baby leert dus wachten of loslaten bij weinig melk.

Als baby meer grip krijgt met de onderkaak verandert dat: bij elke kaakbeweging krijgt hij
of zij meer melk met minder moeite. Dat stimuleert tot door-drinken.

Vergelijk het met een vingertop. Zet druk op de punt en je krijgt betere doorbloeding als je niets doet, zet druk achter de top en je krijgt een veel betere doorbloeding als je wel druk zet.

Vingertop-tepel

Moet je je borst de hele voeding blijven vasthouden?

De eerste voedingen vaak wel, en als het gaat om een echt korte tongriem voor of direct na knippen soms ook langer.

  1. De meeste moeders halen hun hand gedachteloos tussendoor weg.
  2. Vaak is de echte steun maar een paar voedingen nodig omdat de baby dan mee gaat werken.
  3. Vaak is de echte steun alleen nodig in het begin van de voeding, als de borst erg vol is, en dan weer aan het eind als de borst zo leeg is dat de baby wel wat hulp kan gebruiken. Tussendoor kun je dan je hand weghalen of tenminste de steun met een vlakkere hand geven.
Kun je echt de hap corrigeren zonder de baby los te maken?

Vaak wel. De reden hiervoor lijkt de ontspannen houding van de baby rond hoofd en nek te zijn. Het kan alleen als je heel vriendelijk en discreet bijstuurt. Bij plotselinge bewegingen zal de baby gestoord worden en de reactie is dan meestal spierspanning en daarmee klemmen met het mondje.

Als de baby in het zachte deel van je elleboog rust met iets naar achter gekandeld hoofdje dan is er veel ruimte voor de onderkaak. Je kunt dan tijdens de drinkbeweging heel zachtjes de borst in het mondje ‘tillen’ en/of de baby vanuit de onderrug heel vriendelijk weer iets bijschuiven. De baby krijgt met iets meer grip weer makkelijker meer melk en zal de hulp dus vaak waarderen.

Kan deze houding ook na een keizerssnede?

Ja, maar dan zal de baby in een meer horizontale houding op een kussen liggen. Hetzelfde kan ook in rugby-houding en doorgeschoven zittend als je de grote lijnen in de gaten houdt:

  • hoofdje iets naar achteren gekanteld in je elleboog of in je vlakke hand (geen dwang in nek of achter het hoofd van de baby)
  • je arm langs de rug van de baby
  • steun van de borst bij de onderkaak
  • bij aanhappen vriendelijke aansturing van uit de rug.